Een mooie manier om ons verblijf in Bhutan af te sluiten was een bezoek aan de Phobjika vallei, bekend vanwege de kraanvogels die daar overwinteren. We verbleven in een fijn hotel. We hadden een bhukari op onze kamer en konden de boel dus lekker warm stoken. Genoten van een fijne wandeling door de vallei: het was er prachtig en een plek waar we zeker langer hadden willen blijven. Bhutan op zijn best!
Op weg naar Phobjika: een stuk van de weg was weggeslagen (landslides zijn hier een groot probleem) gelukkig waren wij met een klein autootje en konden we toch doorrijden. Vele grotere auto’s en de vrachtwagens hebben er een paar dagen moeten stilstaan. Lastig want de enige verbinding tussen Thimphu en het Oosten van Bhutan. Omrijden kan: via India en dan ben je drie dagen onderweg…
Onderweg tijd gemaakt voor een bezoekje aan het klooster van de “Divine Madman”.
Even de benen strekken tijdens de lunchpauze…
De volgende dag, na het ontbijt (overal waar je komt: eieren, bonen in tomatensaus, havermout en witte toast!!) de hele dag buiten doorgebracht. Een mooie tocht gemaakt via Gangtey Goempa, door blue pine bossen met prachtige vergezichten over de vallei.
Daar waren ze dan de “black necked cranes”: aanvankelijk bijna uitgestorven maar dankzij beschermende beleid van Bhutan (op doden van kraanvogel staat levenslang…) is de populatie de laatste jaren weer gegroeid van circa 50 naar circa 300..
Ontmoetingen onderweg…